Hoe zie je religieuze teksten in de media terug? En wat bedoelen mensen ermee? Linguist Liselotte van Eck valt vanalles op. Vaak is het vooral het publiek dat framet, zag ze. Dit keer een pay-off op instagram, van een andere student:
Faith honors God, God honors faith. Oftewel: Geloof eert God en God eert geloof.
Tekst: Liselotte van Eck
Wanneer een leeftijdsgenoot, waarschijnlijk een vage kennis, zich publiekelijk affilieert met geloof is dat een nieuwswaardige bevinding in mijn vriendenkring. Bijvoorbeeld als ze de Bijbel citeren in hun Instagram bio, zoals hierboven. Zo’n actie lokt vaak afkeurend commentaar uit en gaat soms gepaard met scepsis jegens het geloof in zijn algemeenheid. Hoe kan je geloven als de wereld in een staat van totale chaos en rampspoed verkeert? Vragen we ons dan hardop af.
In de regel stellen we een dergelijke vraag niet direct aan de gelovige zelf maar wordt hij in de groep gegooid als een soort discussie opener. Het is natuurlijk ook niet echt een vraag, eerder een – veelgehoord en hardnekkig – oordeel. Het volgt een als-dan redenering die impliceert dat het bestaan van (een) God en enige vorm van kwaad elkaar uitsluiten. Als dit klopt, verkoop dan je geloof maar eens.
In feite wordt er met de vraag een denkbeeldige opponent, de gelovigen, een standpunt aangepraat en opgezadeld met bewijslast. Maar wie zegt dat alle gelovigen per definitie beweren dat God bestaat? Bovendien druist het in tegen het principe van geloven; daar heb je dus precies geen bewijs voor nodig. Als de vraag voortkomt uit oprechte interesse, kunnen we hem misschien beter anders stellen. Hoe geloof je? Bijvoorbeeld. Simpeler, en zonder oordeel. Ik zal het een keer aan een ‘echte’ vragen.