Een gewone dag
een gewone wandeling.
Ik zag de klok, kwart voor
tien.
Ik zag de bomen langs
het pad waar mensen gaan
met een korte groet.
Soms diep in hun zorgen om…!
Toen kroop jij in mijn gedachten
nam bezit van mijn ogen.
Je liep je snelle pas, lachte
riep iets tegen mij, ik verstond je
niet.
Het duurde een eeuwigheid
een tel.
Toen langzaam verdween je in
de mist.
De zon brak door
een vogel scharrelde in het
schaarse groen.
Ik volgde mijn weg
keek in verwondering naar
de klok
Het was kwart voor tien.
Beeld: Pixabay